Maarten Ros werd gevormd in Denekamp
‘ Mijn gelukkigste tijd’
Martin Ros, te gast bij TV Oost, vertelt over zijn onderduikjaren in Denekamp.
Martin Ros gaat nog steeds regelmatig kijken in Denekamp, op de plaats waar hij in de hongerwinter zat ondergedoken. Ros (67) is voormalig hoofdredacteur van de Arbeiderspers. Hij heeft sinds 1985 een boekenrubriek in de Tros Nieuwsshow. Hij is daadwerkelijk ‘van boeken bezeten’ en dat kun je horen. Voor alles heeft Martin Ros namelijk een belangrijke boodschap: hij is enthousiast over boeken. Dat moet overkomen en daar doet Ros alles voor. Sommige luisteraars zetten de radio uit zodra ze hem horen. Zelf heeft hij vooral over wielrennen boeken geschreven.
De zesjarige Ros werd (samen met zijn zusje) in november 1944 overgebracht van Hilversum naar Denekamp. In dit dorp, aan de uiterste rand van Nederland, zou Ros 1,5 jaar bij het bakkersgezin Bekhuis wonen. Het onderduikadres was geregeld door de plaatselijke kapelaan om hongerige katholieke kinderen uit de Randstad onder te brengen bij katholieke gezinnen elders in het land. De reis er naar toe was vreselijk, schrijft Ros in zijn boek ‘Herinneringen aan mijn rijke roomse jeugd’. Maar daarna volgde de gelukkigste tijd uit zijn leven. “In Denekamp ontdekte ik het leven. Mijn pleegouders gingen overdag naar hun winkels en ik was vrij man.
‘Daar verraadde zich al dat literatuur mijn latere leven zou gaan beheersen’
Ongelooflijk, de tochten die ik daar maakte. We gingen de bossen in, we hadden hutten aan de rand van de Dinkel en ik mocht een paard verzorgen en berijden. Ik maakte ook tochten naar de Duitse grens. Je zag de vliegtuigen overkomen en in de verte de Duitse stad Nordhorn in de fik vliegen. Ja, ik ben hier onbeschrijflijk gelukkig geweest.” Ros ontdekte er ook zijn verteltalent. “In de schuur vertelde ik verhalen. Ik keek op de pakjes en potjes met ingrediënten die op de schappen stonden en die namen gebruikte ik voor een verhaal. Daar verraadde zich al dat literatuur mijn latere leven zou gaan beheersen.”
Plat Duits
“ Toen ik na anderhalf jaar terugkwam in Hilversum kon ik niet meer lezen of schrijven. Mijn moeder kon mij niet meer verstaan, ik sprak een soort plat Duits.” Ros zegt het huidige Denekamp ook nog prachtig te vinden. Het huis waar hij verbleef, in de Wilhelminastraat (“die naam zullen ze in de oorlog wel veranderd hebben”), is lang niet meer omgeven door landerijen, maar door nieuwbouwwijken. Op de plaats van de bakkerij is nu een supermarkt gevestigd. Ros wilde na de oorlog niet terug naar Hilversum. Hij bleef nog maanden in Denekamp. Met zijn ouders had hij al die tijd nauwelijks contact gehad. Ze moesten hem uiteindelijk ophalen. Nog jarenlang fietste hij regelmatig van Hilversum naar Denekamp. Met zijn vader op de tandem. In Denekamp ontdekte de volksjongen de vrijheid, daar werd de basis gelegd voor zijn liefde voor literatuur.
Nog geen reacties