Twentevisie Jaargang 25, 2013

Het nieuwe beleid van PWC

Jan Boom: “We moeten dat kantoor-denken een beetje loslaten.”

Met PWC (PricewaterhouseCoopers) heeft Twentevisie een haat/liefdeverhouding. Maar PWC gooit het roer om: vanuit Zwolle is Jan Boom ‘getransfereerd’, een sympathieke man, edoch wel vergroeid met PWC. Maar Boom (die zijn heel werkzame leven tot nu toe bij PWC heeft doorgebracht) is ook een exponent van de nieuwe lichting die moet zorgen dat PWC klantvriendelijker wordt, het bedrijf wil zich nadrukkelijk gaan presenteren, transparanter, maatschappelijk betrokken.

Ik heb vanuit Zwolle altijd verlekkerd gekeken naar deze regio

“PWC is inderdaad mijn eerste en toe nu toe enige werkgever. En Enschede is nu mijn tweede werkplek. Ik ben partner bij PWC in de familiepraktijk.” PWC werkt intern met een structuur die bestaat uit drie pijlers: beursgenoteerde ondernemingen, de publieke sector (zorg, woningcoöperaties, onderwijs) en familiebedrijven (waar de directeur vaak de enige of grootaandeelhouder is). Tot voor kort werden alle diensten aangeboden op alle (twaalf) kantoren. “PWC heeft gezegd: onze klanten zijn meer en meer op zoek naar de accountant met branche specifieke kennis. Dan is het wel leuk als die om de hoek zit, maar zijn kennis is belangrijker dan de afstand. Als gevolg van die verandering ben ik verhuisd van Zwolle naar Enschede.”

PWC (met 4700 werknemers) hoort met Deloitte, KPMG en Ernst&Young bij de ‘grote vier’ waar niet alleen de grote (internationale) beursgenoteerde ondernemingen hun boeken laten controleren, maar deze kantoren worden ook geassocieerd met arrogantie en onvoorstelbare uurtarieven. “Goed dat je me hebt uitgenodigd voor een gesprek, kan ik uitleggen dat PWC een andere organisatie is dan het beeld dat jij hebt.”

Familiebedrijven.

Onze cliënten zijn buitengewoon tevreden over wat wij hen aanbieden. Het aardige is dat PWC een groot deel van de omzet verdiend in het segment waar we niet gelijk mee gepercipieerd worden: de familiebedrijven. Daar doen we het buitengewoon goed. En waarom? Omdat je daar ook bedrijven hebt, die veelal niet alleen een jaarrekeningcontrole als product hebben, maar internationaal actief zijn, opvolgingsperikelen hebben, overnames doen, complexe financiering en al die expertise hebben wij in huis.”

Twente.

De overstap van Zwolle naar Twente vindt de inwoner van Hellendoorn om meer redenen prettig. “Ik heb vanuit Zwolle altijd verlekkerd gekeken naar deze regio. Zwolle is een prima stad, veel werkgelegenheid, maar vooral een dienstenstad. Als ik kijk naar wat er in Twente gebeurt, naar de bedrijvigheid, daar was ik altijd jaloers op. Ik ben gevraagd hier naar toe te gaan en daar heb ik ook op gehoopt om hier te mogen werken.” Indirect heeft Boom hiermee kritiek op zijn voorgangers. “We hebben hier een uitstekend kantoor neergezet. We zijn niet voor niets verhuisd van Hengelo naar Enschede. We hebben gezegd, we willen heel graag in deze regio blijven en daarbij hoort ook wel eens dat mensen vertrekken. Dat wil niets zeggen over mijn voorgangers. Het gaat mij om de regio hier. Ik tref hier een universiteit aan die vijftig jaar bestaat en in die tijd zo’n zevenhonderd spin-offs heeft opgeleverd.”

BTW-specialist.

“We moeten dat kantoor-denken een beetje loslaten. In de regio werken 250 PWC-mensen verdeeld over Enschede, Zwolle en Groningen. Op het gebied van BTW zitten de echte specialisten in Enschede. Die kennis bieden we aan aan onze collega’s in de rest van het land. Maar die kennis bieden we ook aan aan collega’s in de regio.” En daarmee de concurrentie sterken maken? Want juist in de markt van de familiebedrijven zitten Ten Kate Huizinga, De Jong en Laan, KroezeWevers, Jongbloed Fiscaaljuristen op het vinkentouw. En hun overhead en uurtarief zijn waarschijnlijk zeer concurrerend, vermoeden we… “Juist omdat we met weinig kantoren in de regio zitten, is onze overhead niet hoog. En ik vind dat wij moeten doen waar wij goed in zijn en zij ook. Als wij een BTW-specialist hebben zitten en een regiokantoorkantoor heeft dat niet in huis, wat is er op tegen om ons in te huren?” Indirect laat Boom weten dat hij niet bang is dat zijn klanten wegtrekken naar de regionale kantoren. “Veel klanten zitten in een bepaalde groei en komen dan bij ons en zeggen, ‘Jongens, het wordt ons te ingewikkeld: we zijn in het buitenland actief, we hebben investeringen gedaan of hebben een financieringsvraagstuk, we brengen kennis uit het buitenland naar hier of omgekeerd’. Fiscaal zitten er allemaal haken en ogen aan. Hoe stuur je zo’n buitenlandse accountant aan? En dan blijkt die drempel om bij ons te komen ineens niet meer te hoog…”

Kantoren dicht.

Boom is niet alleen partner en chef, hij is zelf ook actief als accountant. “Ik verdeel mij tijd over Enschede, Zwolle en Groningen. Eigenlijk zou ik ons kantoor drie dagen per week dicht willen hebben. Niet om die drie dagen vrij te zijn, maar wij brengen onze kennis bij de klanten. Ik ben van mening dat je dicht op de relatie moet zitten, dan begrijp je beter wat er bij die onderneming gebeurt. En de ondernemer ziet dat wij aan het werk zijn. Dus wat mij betreft: kantoren prima, maar niet teveel open.” Ook kantoren als PWC werken met doelstellingen en ‘targets’. De Rabobank vermoedt – zo blijkt hun eigen publicaties – dat de bank ‘aanhoudende druk op de tarieven en marges van de accountancy’ verwacht. De Rabobank voorziet voor de sector accountants, administratiekantoren en belastingconsulenten, een omzetdaling van circa twee procent. “Mijn ervaring is dat wanneer je doet waar je goed in bent en afspreekt met elkaar wat je van elkaar kunt verwachten en die relatie is goed, dan heb ik geen discussies over prijs. Ik denk dat wij heel zuinig moeten zijn op de cli.nten die we hebben in deze regio. En tegelijkertijd is er ook een aantal ondernemingen waarvan ik vind dat die heel goed bij ons zouden passen. En hoe liggen daar de relaties en kunnen we die uitbouwen? Ja, wat dat betreft zijn we net een echte onderneming.”

Advieswerk.

Het financieel aantrekkelijk werk voor de accountants is het advieswerk. En daarover is juist veel gedoe in de afgelopen tijd. “In de familiebedrijven kun je best veel advies doen. Bij beursgenoteerde omgevingen, bij organisaties van openbaar belang liggen die regels strikter. Maar het kan ook niet zo zijn dat ..n van mijn cli.nten belt en vraagt of ik tijdelijk financieel directeur wil worden omdat die van hem ziek is. Dat gaat niet. Dan zitten we namelijk zelf aan de knoppen. We kunnen vervolgens niet onze eigen cijfers controleren.”
In de praktijk ligt het soms wat moeizamer, dan wordt de accountant onder druk gezet om te tekenen anders komt het advieswerk te vervallen… Nog niet zo heel lang geleden was Ten Cate woedend omdat KPMG het had aangedurfd een kanttekening bij een bepaalde waardering te plaatsen. “Ons vak staat en valt bij onafhankelijkheid en integriteit. Dus op het moment dat je dat door elkaar gaat halen is het einde van de business.” Dus als u als voorzitter van de postzegelclub geld verduisterd bent u over en uit, grappen we. Bloedserieus: “Zou u zo’n accountant willen?”

Vorige bijdrage

Commentaar: Creativiteit terug

Volgende bijdrage

Opmerkelijk levensverhaal van superkok Arno ten Thij

Jan Medendorp

Jan Medendorp

Jan Medendorp is gespecialiseerd (interviews, reportages, analyses, commentaren, columns) in sociaal- en financieel-economische onderwerpen, sport, politiek en human interest (voor krant, radio, televisie, maar ook bedrijfsfilms).

Nog geen reacties

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *